Inleiding
Na de capitulatie en een korte periode van Duits militair bestuur in mei 1940 kwamen eind van die maand de Rijkscommissaris Seyss-Inquart en zijn vier belangrijkste ambtenaren met hun gezinnen naar Den Haag.
Reichskommissar Seyss-Inquart vestigde zijn kantoor in het Departement van Buitenlandse Zaken aan Plein 23 in Den Haag. Hij ging wonen op Landgoed Clingendael. Generalkommissar für Verwaltung und Justiz, Dr. Friedrich Wimmer nam kantoor aan de Lange Vijverberg en Plein 2b, waar het Departement van Justitie huisde. Hij betrok Landgoed Duinrell. Generalkommissar für Finanz und Wirtschaft, Hans Fischböck nam zijn intrek in de Langenhorst in Wassenaar. Generalkommissar für das Sicherheitswesen, Hanss Rauter ging wonen aan de Kerkeboslaan 4 in Wassenaar. Generalkommissar zur besonderen Verwendung, Fritz Schmidt woonde in Den Haag.
Vanwege het gevaar van een invasie en van bombardementen werden vanaf de herfst van 1943 alternatieve werk- en woongelegenheden elders in het land betrokken. Zo koos Seyss-Inquart als uitwijk een kantoorpand aan de Loolaan in Apeldoorn en woonde hij op de Spelderholt. Ook afdelingen van het Generalkommissariat für Verwaltung und Justiz kwamen in Apeldoorn terecht. De kantoor- en woonruimtes in en rond Den Haag bleven tot het einde van de oorlog in gebruik.